Als ik bij het aanrecht koffie sta te maken komt de krasse knarrin binnen na het boodschappen doen. Bij het uitpakken van vanalles komt een kaart tevoorschijn. “Schrijf die.. ” aan de zuster van de Krasse Knarren, is de opdracht.
“Ik heb al een kaart gekocht, al twee weken geleden.” Ze kijkt me verbaasd aan. “Twee weken? Waarom is die dan nog niet weg?” “Hij is gekocht, maar nog niet geschreven” antwoord ik.
Als ze me vraagt waarom ik niet geschreven heb antwoord ik “Omdat ik geen flauw idee heb wat ik er in moet zetten. Of liever, ik weet wat ik er in wil zetten maar ben bang dat dat niet goed is of pijnlijk. “ Ze kijkt me even aan. “Jij kan dat, op je website kost het je geen moeite.” twinkelt ze.
“Die website is, hoe raar het ook klinkt, privé. Wagenwijd open op het internet, maar privé. Daar schrijf ik van me af, en voor mezelf en als je wil kan je meelezen. Die kaart is anders. Dat is één op één met [naam zuster] en het laatste wat ik wil is meehuilen of juist te bot zijn.”
Ze denkt na. “Dat kan je dan toch ook schrijven. Het gaat er niet om dat je een verplichte blije kaart stuurt waarmee niets aan de hand is, maar eentje die van jou is. ”
Eentje die van mij is…
De donderdag en vrijdag zit ik op m’n kamer te werken en op de achtergrond spookt die kaart door m’n hoofd. Ik stuur zelden kaarten, de laatste was alweer jaren geleden. Op deze site of in een email/brief kan ik spelen met woorden, ruimte. Een kaart moet met de hand geschreven worden en het handschrift verraad je emotie en is direct. Vanmorgen terwijl de sneeuw naar beneden komt en ik door de vlokken heen kijk hak ik de knoop door. Een vel papier voor test schrijven en in een klein kwartiertje staat ie er op. Precies zoals ik ‘m al tijden in m’n hoofd heb, en uitsprekend dat ik niet durfde te schrijven omdat ik bang was ze te pijn te doen of vervelende gevoelens op te rakelen.
Het zij zo als dat gebeurd. Niet omdat het moet maar kijkend vanuit mezelf in zo’n situatie. Liggend op bed, of zittend in een stoel naar je eigen toekomst kijken en je realiseren dat je in je laatste tijd zit. Als iemand dan een kaart zou schrijven dan zou ik ook een eerlijk bericht willen, ook al is dat niet de makkelijkste om te lezen, het oprechte meeleven en eerlijkheid is me meer waard dan medelijden op een stuk papier.
Ook schrijf ik dat ik oprechte bewondering, respect voor hun beiden heb dat ze dit zo doormaken en dat ik meeleef, zeker als er na een bezoek van de Krasse knarren weer een update volgt.
Als de kaart af is en in de enveloppe zit, morgen gaat ie met de Krasse Knarren mee, dan valt er wat van m’n schouders. Een stukje opluchting maar ook een eigen barrière. Ik hoef het niet altijd goed te doen, als ik het maar eerlijk doe.
Ik zou ook een kaartje van je willen hebben, maar dit is wel vrij heftig voordat je er een verstuurd. Sterkte, ook aan je ‘Knarren’ toegewenst.
[denkt aan motortocht] En daar bovenop een kaartje?
Kweenie, maar kaartjes van mij, dan gaan er toch dingen niet goed. [denkt aan opmerking van afdeling toen ik binnen kwam “Shit, DB zelf, dan is er stront aan de knikker” / Bij voorstellen van nieuwe medewerker “Dit is DB, de it’er die je niet op je pad wil hebben.” ]
Ik zou er een hoop voor over hebben om die kaart en de andere kaartjes niet te hoeven sturen.
Respect.
Voor zowel jou als de Krasse Knarrin (met hoofdletters ;))
Soms moet je ‘bot’ schrijven om toch eerlijk je gevoelens over te brengen. Maar als het is naar mensen om wie je geeft, dan is het altijd moeilijk.
Leuk trouwens om te lezen dat de Krasse Knarren ook je log lezen.
Nu maar hopen dat ze je reacties op reacties niet altijd zien ;P
Bedankt. Krasse Knarrin ingeseind, zit glundergrijnzend aan te horen.
Die reacties worden ook gezien, en anders wel verteld. Wat hier staat is ook waar ik in irl voor sta. Net zo lomp, direct, en raakbaar. Op het vervelend voorspelbare af.