Het werd Møns Klint. Omstreeks half 10 heb ik het pak aan en besluit de toeristische route te nemen. Niet zelf bedacht maar ‘vermijd snelwegen’. In Denemarken levert dat buiten de steden als snel een mooie rit op.
Maar alsof de duivel er mee speelt… mijn navsys en chef plensbui hebben een deal. ’t Navsys stuur mij precies daar waar het water uit de lucht zeikt.
Over de hele heen rit van een 153 km doe ik ruim 3,5 uur. Op sommige stukken breek ik uit de geplande route en rij over de nog kleinere binnenwegen.
Wat opvalt is de weg conditie. Vorig jaar is het me niet opgevallen (of keek ik domweg niet op deze wijze naar de wegen), maar op erg veel plekken liggen kleine scherpe stenen op de weg waardoor ik toch af en toe wat moet slingeren om lekke banden te voorkomen.
De route leid me op een bepaald moment langs Roneklint. De motor moet achterblijven en een stuk lopen naar het water. Op het moment dat ik de helm af doe gaat de regen tekeer en via de helmmuts loopt het langs m’n rug. Door de oordoppen hoor ik alleen mijn eigen ademhaling en klink ik als een foute Darth Vader uitvoering.
Via een kleine omweg ga ik weer verder. De regen lijkt wat minder te worden, maar is absoluut erg lokaal.
De motor drupt nog heftig na, de damp komt van mijn handschoenen als ik een paar straten verderop een tankstation binnen rij, waar de wegen nog helemaal droog zijn.
Doorrijden via de schitterende en slingerende wegen ga ik verder. Bij Kalvehave ga ik het water voor de eerste keer over en met de wind gaat dat redelijk. Dan weet ik nog niet wat me te wachten staat verder op bij Stege. Schijnbaar is het erg in om niet beweegbare bruggen te maken, en gaan de bruggen stijl de lucht in. Onder normale omstandigheden niet iets waar ik vervelend van word, maar vandaag giert de wind extreem hard en het merendeel van de tijd rij ik scheefhangend tegen de wind. Met alle wiebels en slingerende parcoursen tot gevolg.
Bij Stege ga ik de lucht in om de Stege Nor over te steken. Boven op de brug gaat het zo tekeer dat ik serieus verwacht omver te gaan. Ik heb trouwens geen idee of me dat met de oude motor minder problemen zou opleveren.
Opgelucht dat ik het einde van de brug goed gehaald heb en weer veilig ‘geland’ ben aan de andere kant ga ik door. In het stadje maak ik een foto van het museum maar wil gezien de tijd toch doorrijden. Uiteindelijk kom ik bij de Møns Klint aan. Omdat ik bij het Geo Center zou willen binnengaan laat ik het navsys uitrekenen hoeveel tijd ik heb met de snelste route terug : 10 minuten speling.
Fuck, door alles slingerpaadjes, en foto’s maken en domweg stilstaan om van de omgeving te genieten heb ik mijn tijd verkloot, terwijl ik voor de ingang van het geocenter sta. En nu? Bellen dat ik later ben? Nee, das niet echt een optie, ik moet en zal Christiania zien. Die 10 minuten heb ik straks nodig om even de benen te kunnen strekken en wat te eten en te tanken.
Grotver… Dan maar alsnog als de bliksem naar het hotel. Op een 60 km voor Kobenhavn nog even gestopt om te tanken en te eten en ik raak aan de praat met de vrouw achter de kassa. We hebben het over Nederland en Denemarken en dat Denemarken in sommige ‘health’ dingen doorschiet.
Dan als de bliksem weer verder. Met een kleine vertraging kom ik in het hotel aan. Terwijl de receptie een taxi belt (er zal drank in het spel zijn vanavond) douche ik en schiet burger kleding aan.
De taxi worsteld zich door Kopenhavn wat op sommige cruciale plekken een grote bouwput is. File voor en na. Uiteindelijk komen we bij de ‘ingang’ van Christiania aan. De chauffeur wist niet welke ingang ik bedoelde, en een echt huisnummer heeft de staat in de staat niet.
Er is een keihard “no-photo” gebod, alleen een ingang en uitgang kan ik fotograferen, daar is duidelijk te zien dat ze (de bewoners van christiania) zich afzetten tegen de ‘gevestigde’ orde. Dat is overigens deels.
Een korte routebeschrijving.
Na binnenkomst via ‘de poort’ die overigens meer een soort vergrote tuinpoort is, je kan er max met 2 man tegelijkertijd door heen, kom je op het meest radicale deel. De voormalige kazernes zijn hier het grootsts, en hier vind de alternatieve straat handel en drugshandel plaats. Mijn gids verteld dat gisteren er weer een poltie razzia is geweest ter bestrijding van de openlijke handel in drugs. Wiet en hash zijn ruim voorradig en kunnen worden gekocht. Doorlopend naar achteren wordt het extreme wat minder en is er meer sprake van een losse bewoningen en bebouwing. In een van de oude gebouwen zitten half verrote kozijnen, maar de bewoners in de laag eronder hebben gewone plastic kozijnen erin gezet met dubbel glas.
De indeling is van het dorp is vrij losjes, maar heeft in essentie wat elk dorp heeft. Subwijken, met eigen toegangswegen, recente woningen maar ook oude gebouwen, een centrale douche plaats, een cafe etc. We lopen de brug over naar de overkant, waar de eigenbouw woningen staan. Dat is echt een fantastische ervaring. Alle woningen zijn zelf gebouwd en ontworpen. En daardoor allerlei verschillende vormen en indelingen. Maar ook het moderne gemak is hier niet vreemd. Televisiekabels etc. zijn er ook. Je ziet jonge kinderen die hier (die in mijn ogen op een van de mooiste plekken als kind op groeien) rondlopen en opgroeien. Grappig is dat in sommige gevallen het vechten tegen de gevestigde orde niet helemaal consequent is. Woest uitziende dreadlock meiden met gothic kleding dragen netjes een helmpje bij het fietsen.
Persoonlijk had ik meer extremen verwacht, maar misschien is mijn arbeidsverleden in de beveiliging debet aan het feit dat leven en wonen op een ‘verlaten’ bedrijfsterrein niet schokkend is. Wel moet ik heel eerlijk toegeven dat als ik de kans zou hebben om daar een huis te krijgen ik het niet zou laten.
De totale opppervlakte is kleiner dan ik verwachtte maar absoluut een leuke ervaring om eens mee te maken. Nu ik het weet wat het is brand het minder op mijn to-do lijstje maar als ik weer eens in Denemarken ben ga ik er zeker nog een keer langs.
Dan een bar in op Kongens Nytorv. We drinken lekker Deens bier, waaronder een ‘classic’ die zoals de brouwerijen in Denemarken doen, gemaakt is op verzoek van de deense bevolking. Het is een ouder recept wat al lang niet meer verkrijgbaar was maar na vragen van het publiek en een stemming weer in gebruik is genomen.
Wat hier trouwens opvalt is het betaal gemak. Twee glazen bier kan je gewoon al pinchippend betalen. Geen gezeur over ‘extra kosten’ of ‘minimum’, nee gewoon klantvriendelijk.
We struinen na een paar glazen verder, onder andere over de Strøget, DE deense winkelstraat. Wat me opvalt, en eigenlijk de hele avond opvalt, is de hoeveelheid zwervers, het lijkt alsof er meer zijn dan vorig jaar. We lopen nog even door en op de vraag van mijn gids “what would you like to eat?” antwoord ik “simple: meat, dead, and big“. Ze schiet in de lach en we gaan naar (en een knetterende retrospecieve FUCK dat ik die vorig jaar niet heb gedaan) ‘a hereford beefstouw‘
Het concept van dit restaurant is simpel : meat, dead, and big.
De tafels zijn standaard voor 2 personen, maar kunnen in no-time tot grotere blokken worden samengevoegd. Elke tafel is eigenlijk een soort vleesslagersblok voorzien aan twee kanten van een potlood, en een doek. Beiden aan haakjes. Bij elke stoel ligt standaard een scherp en dolkachtig mes, en een kaartje in twee talen. Daarop kan je makkelijk je bestelling doorgeven, want de stukken vlees (die in verschillende groottes te krijgen zijn) zijn van een code voorzien. Op het kaartje geef je met een code je voorgerecht aan en ‘je vlees’. Dan maak je daaronder een keuze voor medium, rare, bloody etc, en welke soort garnituur je erbij will hebben.
Als ze het eten komen brengen is daar een speciaal gereedschap voor waarmee de gietijzeren borden worden vervoerd.
Uiteraard is er naast het bier een uitgebreide wijnkaart. Ik laat deze echter links liggen want de ober geeft aan dat men uit eigen brouwerij (!!) kastanie øl hebben. Donker, bijna rood van kleur, iets zwaarder dan normaal Deens bier (6% ipv 4,6%) en wat zoet/bitter van smaak.
Dat gaat uitstekend met de filet (die volgens de beschrijving ‘marmorering og fedtkant giver en saftig og kraftig oksekødssmag’ en daar was niets aan gelogen) en de gepofte aardappel. (Mocht je snel willen bestellen : na het tafelnummer invullen op het kaarte ga voor deze 3,12A, rod, bagt kartoffel med hvidløg sauce).
Een van de geintjes die ze erbij hebben is dat de menu kaart een postkaart is. Het enige wat je hoeft te doen is er een adres op te zetten, eventeel een bericht en aan de over te geven. Zij zorgen ervoor dat ie opgestuurd wordt, no added charges.
Dat restaurant loopt als een dolle, en al voor een dikke 30 jaar. Het is er stervens druk als we aankomen, maar na een 10 minuten wachten zijn we aan de beurt en kan het feest beginnen.
Nadat we uitgegeten zijn (en dat duurde even, want het gezelsschap was erg prettig en we zaten niet om gespreksstof verlegen) lopen we (dampend van de knoflook) naar buiten, opzoek naar een ‘after dinner’ pilske. Uiteindelijk via een Engels pub (een van de weinige cafe’s waar ik als bejaarde stapper nog enigzins iets kon horen van een gesprek) zijn we om ongeveer half twee gestopt en naar het hotel gegaan.
En vandaag ? Wat bijkomen van al het lopen (Yep, stupid me… I did mention that I walked all evening 😉 ) en de wat korte nacht, nog even Kopenhagen en in dan aan het eind van de middag naar Roskilde, volgede afspraak, en ik vernam dat er sprake was van bier hedenavond, tja.. a man’s got to do what he’s got to do.
Wellicht dat ik dan morgen nog eens naar dat Geocenter kan gaan, nu in een streep en minder zwalkend over de wegen.
http://www.aabne-samlinger.dk/oestsjaellands/koldkrigsmuseum/
http://www2.kb.dk/udstillinger/astroweb/observatorier/brorfelde.html
http://www.sydsverige.dk/?pageID=218
Done this one, with some added free riding .