Te laat had ik vandaag (donderdag) mijn blogstukje klaar. Daardoor haalde ik de eerdere toezegging aan de Deense kantoorgenoten om tussen 10 en 12 er te zijn niet.
Nou… da’s niet helemaal waar. Ik had er best rond 1200 uur kunnen zijn. Maar ik had aan de Nederlandse buuv een flankensteak toegezegd, een stukje vlees waar ik vorig jaar beste vriendjes mee ben geworden.
Omstreeks 1130 uur was ik bij de winkel, maar nada flankensteak. Geen probleem, ik weet meer winkels die het verkopen. Weer pak aan, opgestapt en naar winkel 2… maar wederom nada flankensteak. Shit..
Dan maar een ander smakelijk stukje vlees gescored wat met moeite in de koffer nog paste.
Op naar kantoor waar ik aangeef dat ik naar Cafe DenBolle in België ga. Het hele afscheid nemen duurt natuurlijk net wat langer en uiteindelijk stap ik op. De route gaat via ‘vermijd snelwegen en tolwegen” naar Putgarden, Duitsland.
De snelheid ligt niet hoog maar de afstand is korter en de route is een plezier om te rijden. De zon schijnt, milde wind, en het is dus genieten op de weg.
Tot ca. 3 uur na het vertrek, dan heb ik een invlieger. Een fanatieke, want met dat ik ‘m hoor en tegen me aanvoel komen heeft ie gestoken. Vol op de neusbrug. De motor gaat aan de kant en ik probeer te achterhalen wat voor beest het was. Mijn neus wordt pijnlijk, de ogen gaan tranen, en ik controleer alles dubbel om te zien of er geen angel of zo is achter gebleven. Mijn neus wordt iets dikker en de zon en wind doen gruwelijk pijn. Voor zover ik weet ben ik niet allergisch voor wespen of bijen, maar ik hou het wel even in de smiezen. Het laatste waar ik op zit te wachten is een soort van overtrokken reactie waarbij mijn neus volledig uit de helm puilt of m’n ogen die twee keer zo dik worden. Bij de melding aan het thuisfront ‘Db7 voor krasse knakker over!”Doe normaal joh, je bent 40 en net voor het eerst alleen op vakantie geweest, en je hebt de gave om in de problemen te komen.‘ hou ik de effecten van de steekpartij door de fanatieke invlieger wat milder.
Ik vertel de planning om over België terug te komen en dat ik met de boot over wil steken ipv met de tolweg. We spreken af dat ik weer contact opneem als ik op de boot ben.
Wat, door mijn enorme geografische kennis, pakweg een halfuurtje later is… Weer bellen met de Krasse Knarren.
De oversteek duurt een kleine 45 min en is even heerlijk uitwaaien. Naarmate de duitse kust dichterbij komt wordt het wat heiiger maar het weer blijft voorlopen uitstekend. Een kleine 40 km voor Hamburg gaat het fout. De planning geeft aan dat ik rond 0030 uur bij het café voor de deur zou staan en dat is al wat aan de late kant, en ik heb geen idee of ik er ergens een overnachting kan regelen. Bij een rasstätte tank ik en eet wat. Dan gaat mijn telefoon, een subbedrijf van ons is onbereikbaar. Omdat ik niet weet of ik de jongens kan bereiken (het is buiten kantoortijd en zij hebben wel een sociaal leven) gids ik de betrokken medewerker door een reboot van de telecom centrale heen. Alles bij elkaar duurt net langer als handig, en uiteindelijk stap ik met een uur vertraging op.
Even verderop op de A1 wordt er minstens 30 min vertraging voorspeld waardoor mijn aankomst tijd steeds verder opschuift. De knieën worden wat zeurderig na een dikke 10 uur bijna onafgebroken rijden en de polsen door het laffe file rijden bij alle werkzaamheden voelen niet veel beter.
Op een pikkedonker parkeerplaats sta ik even stil om te rekken en ik overweeg om daar op zo’n picknick tafel m’n kwartier te maken. Ik weet van het thuisfront en de collega dat het inmiddels regent. Mijn pak is warm genoeg en waterdicht om dat te weerstaan…
Ik stap weer op en rij verder. Een dikke 2 uur later is het genoeg. Ik heb er dan bijna 12 uur rijden op zitten en bij de tankplek Teckelnburg waar ik ben is een motel. Toch eens vragen: een kamer kost 49 euro en de garage (handig, alles in een keer achter slot en grendel, hoef ik de hele fiets niet af te tuigen) 10 euro..
Dus voor 59 euro een warm (en zacht) bed,en douche en straks een ontbijt. Laat ik dat maar doen, het is nog een dikke 400 km naar het cafe.
Dan de volgende ochtend, en een muggenaanval overleeft. Voor de rest prima hotel, douchen, aankleden en eten. Het weer is wat omgeslagen, en het is iets winderig met een miezerregen.
Daphne opgetuigd, en de sleutels inleveren. Bij het inleveren is er een net een buslading oude Duitse taarten uitgeladen die met die 50ct toiletkaartjes hun prive’s / party etc afrekenen. Eentje presteert het haar Teutoonse reet tussen mij en de kassa te proppen en overhandigd een hele stapel 50ct tickets aan de jongen achter de kassa, die daarna moet uitzoeken hoeveel hij er nodig heeft.
Na het inleveren van de sleutels opstappen en weer verder rijden, het nu ongeveer 9 uur. Na een 150 km even stoppen, kop hete koffie en even het water uit de kieren laten lopen. Weer opstappen en na ca. een dik uur een probleem. De navsys en ik hebben een discussie over de route en de mogelijkheden bij Keulen. Het systeem probeer me koste wat kost richting het centrum te krijgen. Ik neem me voor om als ik straks in België ben geweest even bij Waypoint in Vessem langs te gaan om dit soort dingen even na te vragen.
Tussen Keulen en Aachen klaart het weer op. De zon komt er wat door en de regen wordt stukken minder. En dan even een drie landen puntje doen. Bij Aken richting Nederland en dan weer richting België. Zodra ik de Nederlandse grens over ben is het weer als vanouds, de ene moordaanslag na de andere. De ene automobilist is nog niet in het gat voor me gekropen of de andere wil me van de weg rijden. Omstreeks kwart voor een ben ik de Belgische grens over en onderwerk naar Morkhoven.
In Morkhoven aangekomen na wat slingeren om allerlei wegafsluitingen heen het café gevonden. Het is op dat moment dicht en een vriendelijke Belg verteld me over de historie van het café. Over het dorp Morkhoven heeft hij een boek geschreven en weet zodoende het een en ander over de historie. Het gebouw is in 1934 neergezet en al snel als cafe gaan dienen. De naam Den Bolle is al langer voor het café in gebruik, maar hij verwacht niet dat het er nog heel lang zal staan, mede door de huidige manier van uitbaten en het feit dat er betere café’s te vinden zijn in de buurt.
Na wat (historische ?) foto’s genomen te hebben weer op weg naar Nederland, Vessem, voor een uitgebreid gesprek met Waypoint over mijn gps.
Alles bij elkaar is de terugrit over een dikke 950 km gegaan (rekenend tot mijn eerste crashpoint bij m’n broer) over twee dagen.
En nu? Weer aan het werk… die dagen in Denemarken duren op de een of andere manier korter dan de Nederlandse. Snel weer een afspraak maken daar. Een koffer vol drop meenemen, dan zo’n biefstuk scoren in Kopenhagen, drop dumpen, en dan de volgende dag weer terug. Da’s best te doen toch?
Commenteer